Kaat en Tijhuis Orgelmakers  Neringstraat 8 | 8263BG Kampen | tel: 038 - 33 33 797 | info@kaatentijhuisorgelmakers.nl   
Klik hier om terug te gaanGenemuiden Hervormde kerk

1885 Nieuwbouw door Zwier van Dijk

1961 Restauratie door Verschueren

1987: Restauratie door Kaat en Tijhuis

Voor foto's zie: http://www.hervormdgenemuiden.com/global/nl/orgel

Het in 1961 achter de hoofdkas geplaatste pedaal werd op een c- en een cis-lade onder in de kas geplaatst, op de nieuwgemaakte Subbas 16 vt. na, die nu op een lade voor alleen dit register, achter de hoofdkas werd opgesteld.
De oude manuaal-Bourdon, in 1961 op het pedaal werd geplaatst, ging weer naar het hoofdwerk terug. Een en ander resulteerde in de vervaardiging van een drietal nieuwe pedaalladen met bijbehorende mechaniek en een nieuw pedaalklavier, nu van 27 in plaats van de 30 tonen uit 1961. De typisch neo-barokke bleef gehandhaafd, waarbij de door Verschueren gedisponeerde Gedektbas 8' werd gewijzigd in een Octaaf 8' in Haskellconstructie vanwege de voor een normale open 8 voet te geringe beschikbare hoogte.
Van Dijks Salicionaal 4', Woudfluit 4', Flageolet 2' en Clarinet 8' op het rugwerk werden niet gereconstrueerd, wel kreeg het rugwerk een Mixtuur uit 1961 toegevoegd, afkomstig van het hoofdwerk in plaats van een Cymbel.
Het rugwerk was vóór 1961 bespeelbaar vanaf het bovenmanuaal, een historisch unieke zaak gezien het bouwjaar van het orgel. Dit werd bij de jongste werkzaamheden niet hersteld, hoewel de speeltractuur werd vernieuwd. De open plaats op het hoofdwerk, ontstaan door het verplaatsen van de hoge Mixtuur, werd opgevuld met de vrijgekomen Cymbel van het rugwerk. De windvoorziening uit 1961 werd vernieuwd door een rechtopgaande magazijnbalg.
De Hendriksen & Reitsma-tremulant werd vervangen door een inliggende tremulant.
De koppelmechaniek uit 1961, door treden bediend, werd geheel vervangen en is weer met trekkers in werking te stellen. Bakstukken en knieschot werden in de oude staat hersteld.
De plastic conducten werden vervangen door loden en op de registertrekkers werden weer porceleinen naamplaatjes aangebracht. Verder werden de hoofdwerk- windladen hersteld; de lade van het rugwerk, hoewel met telescoophulzen uit 1961 uitgerust, was nog net goed genoeg, hoewel de conditie daarvan niet optimaal te noemen is.
De dispositie luidt nu:
Hoofdwerk (man. II): C-f": Prestant 8', Bourdon 16', Violon 16' discant. Roerfluit 8', Octaaf 4', Openfluit 4', Quint 3', Octaaf 2', Cornet IV discant, Mixtuur V, Cymbel III (1961, i.p.v. Sexquialter 1961, voorheen Fernfluit 8'), Trompet 8'.
Rugwerk (man. I): C-f'": Prestant 8' (C-Fis in Holpijp; weer opgeschoven, was sedert 1961 Prestant 4'), Holpijp 8', Gamba 8' (C-Fis in Holpijp), Octaaf 4' (nieuw, i.p.v.Larigot 11/3', voorheen Salicionaal 4'), Roerfluit 4', Woudfluit 2', Sesquialter II discant (nu toegevoegd), Mixtuur III-IV (nu i.p.v. Cymbel III), Kromhoorn 8' (1961). Tremulant.
Pedaal: C-d': Subbas 16' (eiken, nieuw), Octaaf 8' (Haskell-pijpen, nieuw), Koraal 4' (1961), Ruispijp III (idem), Bazuin 16' (idem), Schalmey 4' (idem).

Koppelingen: hoofdwerk-rugwerk, twee pedaalkoppels.



ga terug naar boven

footer
reflect